Stichting Auschwitz - Inhoudstafel, samenvattingen en integrale teksten nr. 102
Home

Activiteiten in de kijker

Nieuwe video's

Bestelling van het volledige nummer

Vraag om onlinepublicatie van de artikels welke nog niet op de website aanwezig zijn

 

Terug naar de lijst van tijdschriften

 

Dossier: De representatie van politieke misdadigers. Kunst, film, theater, literatuur, media

 

Editoriaal (pdf)

 

Literatuur

Albert Mingelgrün: La figure du bourreau nazi au tournant du XXIe siècle : quelques variations littéraires (pdf)

  • Tegenover het de laatste jaren op zijn minst kwantitatieve belang van de publicaties betreffende de gestalte van de nazi-beul, in zowel fictiewerken als historische werken en het contrast met het relatief klein aantal in de vorige decennia, heb ik gepoogd de betekenis van dat verschil te bevragen, dit op basis van een representatief steekproef met voorkeur voor de kant van de fictie zoals die zich uitdrukt van de ene inspiratiebron naar de andere. Pascal sprak in zijn tijd over het juiste (goede) gebruik van de ziekten (le bon usage des maladies). Met een parafrase van deze formule wil de hier voorgelegde inventaris, zonder uiteraard exhaustief te zijn, eenvoudigweg het juiste (goede) en zelfs het slechte gebruik van de herinnering behandelen.

 

Anneleen Spiessens: La mise en scène du bourreau. Jean Hatzfeld et Gilbert Gatore (pdf)

  • In dit artikel bestuderen we twee werken over de genocide in Rwanda: Une saison de machettes van Jean Hatzfeld en Le passé devant soi van Gilbert Gatore. Beide auteurs doen beroep op literatuur en zelfs fictie om te getuigen over de extreem gewelddadige gebeurtenissen. Daarbij schrikt geen van beiden er voor terug om ook de beul aan het woord te laten. Het artikel belicht de enscenering van de moordenaar in beide werken vanuit twee invalshoeken. Allereerst bekijken we hoe het verhaal van de beul verschilt van dat van het slachtoffer, hoe hij staat tegenover waarheid en herinnering en waarom zijn getuigenis zo problematisch is. Vervolgens onderzoeken we welke narratieve technieken worden aangewend om de beul als literair personage vorm te geven en welke positie de auteur inneemt in het verhaal.

 

Charlotte Lacoste: Fiction, diction et génocide (pdf)

  • In de hele 20ste eeuw is de literatuur, begrepen als een (prestigieuze) instantie die onwaarheid (fictie) en/of schoonheid (dictie) voortbrengt, een gunstig medium gebleken voor geschiedvervalsing, met name wat betreft oorlogen en genociden. Een analyse van Le passé devant soi van Gilbert Gatore (2008), een recent bekroonde roman die zich afspeelt tegen de achtergrond van de Tutsi-genocide in Rwanda, en waarvan het thema het onvoorstelbare lijden is, maar dan wel van de dader, toont aan dat we nog niet klaar zijn met deze ondernemingen van literair revisionisme.

 

Georges Tyras: Rafael Sánchez Mazas ou la sale mine du « récit réel » (sur Les soldats de Salamine, de Javier Cercas) (pdf)

  • Zeventig jaar nat het einde van Spaanse burgeroorlog is de representatie van een personage uit het kamp van de overwinnaars niet iets wat in de Spaanse literatuur gebruikelijk is. Javier Cercas installeert met Soldados de Salamina als romanprotagonist een bekend lid van de clan van de overwinnaars, de fascist Rafael Sánchez Mazas, mede-oprichter van de Falanks en auteur van talloze artikels en voordrachten die de verdiensten van het Franco-regime ophemelen. Maar is deze rijke aristocraat – het schrijven boeit hem meer dan de actie – de aangewezen held van het boek dat Cercas aan hem wijdt? Daar blijkt niets van aan, wanneer we het portret analyseren dat de vertelling van hem maakt, en eveneens dat van de verbannen republikein Miralles, die geacht wordt in het laatste deel van de roman zijn tegengewicht te vormen. Boven de gestalten van Sánchez Mazas en van Miralles rijst, ze quasi bedekkend, het imposante silhouet van de verteller. In de grond is het zijn onderzoeks- en schrijfarbeid die wordt verheven tot waarlijke protagonist van de roman. De literaire dimensie van de tekst vermindert zijn axiologische draagwijdte, haalt haar in en dwingt een reflexiviteit af met drievoudige trekker: voor de narratieve structuur, voor de schriftuur en voor romanpersonages. De Soldados de Salamina schrijden gemaskerd vooruit.

 

Cinema

Nancy Berthier: De Franco ese hombre de José Luis Sáenz de Heredia à Caudillo de Basilio Martín Patino, une histoire de détails

  • Enkele jaren voor de dood van Franco realiseert de cineast Basilio Martin Patino in de clandestiniteit een film over de biografie van het staatshoofd, Caudillo. Deze langspeelfilm wordt een mijlpaal in de geschiedenis van de representaties van Franco. Voor de eerste maal in de geschiedenis van de Spaanse film brengt hij een alternatieve, zelfs dissidente representatie van de biografie van de Generaal. Patino vestigt zijn discours op een esthetica van het detail. Met een tegelijk visuele en geluidsmontage worden van binnen uit de discursieve mechanismen van de franquistische propaganda uiteengehaald, zoals belichaamd in de propagandafilm van 1964, gerealiseerd door José Luis Sáenz de Heredia, Franco ese hombre. Naast het pioniersaspect, ligt het interessante in het feit dat Caudillo de wapens van de vijand hanteert om ze tegen hem te keren. Alles draait om het detail, dat zijn plaats inneemt binnen een esthetica van de subversie.

 

Alain Kleinberger: La grimace du bourreau. Représentations cinématographiques du tortionnaire nazi (pdf)

  • Is de cinema veroordeeld om slechts een karikaturale weergave van de nazi-beul te geven? In dit artikel proberen we enkele elementen aan te reiken om die vraag te beantwoorden door een aantal fictionele films ter sprake te brengen die een min of meer gedocumenteerde, en min of meer overtuigende voorstelling geven van de nazi-misdadigers. We onderzoeken daarbij ook de vreemde band die de filmkunst blijft onderhouden met deze sinistere personages. De analyse betreft in het bijzonder Hitler Beast of Berlin (Sam Newfield, 1939), een van de eerste Amerikaanse films die zich afspeelt in een Duits concentratiekamp, en de beroemde film van Andrzej Munk, La Passagère (1963).

 

Theater

Annick Asso: La mise en scène des bourreaux dans L’instruction de Peter Weiss (pdf)

  • In Die Ermittlung, voor het eerst opgevoerd in 1965, combineert Peter Weiss de zogenaamde documentaire dramaturgie met het genre van het oratorium om de slachtoffers van Auschwitz met hun beulen te confronteren. Vertrekkend van de archieven van het proces van Frankfurt, doet de theatermaker het verhaal van het uitroeiingsproces, van de aankomst in het kamp tot aan de gaskamers. De beulen van Auschwitz, negentien in het totaal, worden opgevoerd om rekenschap te geven van hun misdaden. In het theater gebruikt Weiss de 'zwart-wit' techniek, om geen enkel misverstand te laten bestaan over de uiteindelijke interpretatie van de beoordeelde daden. Het stuk eindigt niet echt, in die zin dat het aan de toeschouwer overgelaten wordt om het finale verdict te vellen. Op het einde van het stuk verschuift de problematiek trouwens: los van de schuld van de beulen, die evident is, vraagt Peter Weiss zich af hoe we de daden kunnen kwalificeren ; in Frankfurt werd immers enkel de aanklacht voor moord weerhouden. Op die manier worden ook de juridische instrumenten in vraag gesteld die nodig zijn om recht te spreken in geval van genocide.

 

Christian Biet: De l’intérêt des bourreaux dans la tragédie de martyre (pdf)

  • Een beul opvoeren in het theater betekent een koppel ensceneren en rekenschap geven van een dynamiek. In de eerste plaats gaat het om het voorstellen van een slechterik, die fungeert als tegenpool voor het slachtoffer, wat toelaat om bij de toeschouwers afgrijzen en verontwaardiging op te wekken, en tegelijkertijd extra medelijden met het slachtoffer, of zelfs bewondering voor de manier waarop met het aangedane leed omgegaan wordt. Het theater van de late 16e eeuw en de vroege 17e eeuw helpt om deze dynamiek beter te begrijpen.

 

Kunstenaars

Patrick Javault: Double portée

  • Alain Séchas voorzag vijf van zijn beroemde antropomorfe katten van een Hiltlersnor en -bles. Heeft hij daarmee de kleren van de geëngageerde kunstenaar aangetrokken? Nauwlettender onderzoek zou ons moeten overtuigen dat wat in Enfants gâtés op het spel staat niet zo zeer het aanklagen van het neo-nazisme is, maar veeleer en grondige reflectie over de verhoudingen tussen de vorm en de vorming, de scheppende daad en zijn draagwijdte.

 

Jean-Marc Cerino: Carré brun sur fond blanc

 

Stripverhalen

Catherine Ojalvo: Figures et dess(e)in du bourreau khmer rouge dans les œuvres de Séra (pdf)

  • Kan het stripverhaal, dat a priori als een mineure kunst wordt beschouwd, een getuigenisrol opnemen op een manier evenwaardig met de teksten van de hand van Antelme, Kertez of Levi? Of die vraagstelling – en dan gefocust op de representatie van de beulen – een bepaald validiteit heeft? Dat willen we hier uitwerken. We baseren ons op de producties van Séra, een Frans-Cambodjaans auteur van stripverhalen, maar ook schilder en beeldhouwer. We onderwerken twee uittreksels aan een minutieus onderzoek, uittreksels uit drie stripverhalen die een geheel vormen dat verschillende periodes van het Rode-Khmerregime in Cambodja vertelt. Op welke wijze kunnen de Rode-Khmerbeulen gerepresenteerd worden, wat laat het nauwkeurige gebaar van de tekenaar Séra zien van hen, van hun gebaren, van hun lichamen, van hun slachtoffers? Voor de lezer van die tot vertelling gevormd beelden gaat dan een ander (nieuw?) niveau van perceptie open. Iets zou verband houden met de overzettelijkheid van de door de beulen gestelde daden, iets, met name elementen die men ons zou laten zien, terwijl we er nooit toegang hadden moeten en/of mogen toe krijgen.

 

Media

Claudia Feld: Entre visibilité et justice : les témoignages télévisuels des ex-agents de la répression en Argentine

  • Dit artikel gaat over de verklaringen van de voormalige agenten van de repressie (represores) die betrokken waren bij de verdwijning van mensen tijdens de laatste militaire dictatuur in Argentinië (1976-1983). In 1995 werden, toen ongestrafte, beulen uitgenodigd in programma's van Argentijnse zenders om te getuigen over hun deelname aan de repressie. Dat wekt bij de slachtoffers en samenleving verwachtingen van waarheid en berouw. Die verwachtingen worden grotendeels niet ingelost. De beulen voeren een negationistische discours. Of ze beweren dat ze, aan de zelfde omstandigheden onderworpen, net hetzelfde zouden doen. Toch lukt het de televisie die verklaringen als bekentenissen en uitingen van berouw voor te stellen. Die verklaringen zowel als de gebeurtenissen er rond hebben een bres kunnen slaan in de muur van het stilzwijgen die de samenleving beheerste en in de straffeloosheid die diezelfde agenten genoten. Het artikel onderzoekt de wijze waarop die getuigenissen worden voorgesteld op de televisie en stelt vragen bij de gedachtenis- en ethische inzetten die met die verklaringen verbonden zijn.

 

Robert N. Kraft: Considérations sur les témoignages des criminels : comment les commissions vérités contribuent au genre des témoignages filmés (pdf)

  • De gefilmde getuigenissen die werden opgenomen en gecatalogeerd in de audiovisuele archieven, zijn meestal getuigenissen van mensen die slachtoffers van vervolging zijn geweest. Door middel van de 'waarheidscommissies', opgericht met de bedoeling nationale conflicten op te lossen (zoals de geslaagde waarheidscommissie in Zuid Afrika 1995-2001). Konden gedetailleerde en vrijwillige bekentenissen opgenomen worden, in ruil voor amnestie voor de begane misdaden. Die bekentenissen had men op en andere manier niet kunnen bekomen en ze blijken de mogelijkheid te scheppen voor een vollediger begrip van de misdaden en bovendien van de misdadigers.

 

 

Filmografie

Vincent Lowy en Bruno Della Pietra: Bourreaux et tortionnaires à l’écran. Petite filmographie (pdf)

 

 

Varia

Daniel Weyssow: « À la recherche du père é-perdu ». Texte-dessins de Sarah Kaliski (pdf tekst) (pdf beelden)

 

 

Terug naar de lijst van tijdschriften

Enkele van onze projecten

 
De werking van ons Centrum geniet de steun van:logo loterie nl          We zijn lid van het BCH  

De vzw Auschwitz in Gedachtenis dankt de Nationale Loterij en haar spelers voor hun inzet.

Contact

Stichting Auschwitz – vzw Auschwitz in Gedachtenis
Wolstraat 17/Bus 50 – B-1000 Brussel
  +32 (0)2 512 79 98
  info@auschwitz.be
KBO Stichting Auschwitz: 0876787354
KBO Auschwitz in Gedachtenis: 0420667323

Kantoren geopend van maandag t/m vrijdag tussen 9u30 en 16u30.
Raadpleging ter plaatse enkel op afspraak.

fbytininstagram logo

Lid worden

Wilt u lid worden van de vzw Auschwitz in Gedachtenis, deelnemen aan haar activiteiten of gewoon haar werking ondersteunen, contacteer ons en stort € 40 op rekeningnummer IBAN: BE55 3100 7805 1744 – BIC: BBRUBEBB.
Elke gift van meer dan € 40 geeft recht op een belastingvermindering in België.

Schrijf in

op onze nieuwsbrief in het Nederlands
captcha 
Ik ga akkoord met Privacy beleid
De website van vzw Auschwitz in Gedachtenis en van de Stichting Auschwitz maakt gebruik van cookies om het surfen op de site te vergemakkelijken en om bepaalde functies toe te laten. Door de website verder te gebruiken, gaat u akkoord met het gebruik van cookies.